Toen de Europese economische gemeenschap werd opgericht werd er afgesproken dat de talen van de deelnemende landen (Nederlands, Duitsland, Frankrijk, België, Luxemburg en Italië) de officiële talen van de EEG zouden worden. Dat lag niet aan Nederland (dat land wilde in ’58 al afstand van het gebruik van Nederlands doen) maar aan de Vlaamse vertegenwoordigers in de onderhandelingen. Later is dat taalregime overgenomen door de EU, maar kennelijk is er een hiërrarchie geslopen in de taalgelijkheid. Sommige talen in de EU zijn gelijker dan andere talen en het moge duidelijk zijn dat het Nederlands, moedertaal van zo’n 23 miljoen Europeanen daar niet bij hoort. Lees verder
Sommige talen zijn gelijker dan andere…
Beantwoorden