Ooit heb ik gedacht dat nieuwe Nederlanders het Nederland van de ondergang zouden redden, maar het blijkt dat Turkse en Marokkaanse Nederlanders net zo driftig naar het Engels grijpen als de overige Nederlanders. Wat dat betreft zijn die prima ingeburgerd in dit landje, maar er zijn uitzonderingen.
Aylin Bilic is zo’n uitzondering, al afficheert ze zich in haar stukje in NRC/Handelsblad (moet je wel abonnee voor zijn) wel als is headhunter en publicist. Zij betoogt dat die Angelsaksen (Engelssprekenden) die zich niet verwaardigen om Nederlands te leren zich buiten de Nederlandse maatschappij plaatsen. Ik ben daar niet zo van overtuigd, maar het is een aardig standpunt (vind ik).
Leuker nog is dat Bilic een kwetter van oud-Kamerlid Boris van der Ham aanhaalt die zich daarin sterk maakt voor de viering van de gemeenschappelijke taal, het Nederlands. Dat nota bene een D66-er met zo’n idee komt. Dat zou dan mooi op tweede Pinksterdag gevierd kunnen worden.
Parallelle maatschappij
Bilic ziet een parallelle maatschappij ontstaan met Amsterdam als ‘voortrekker’. Dat heeft ze het niet over de niet-westerse immigranten en hun nakomelingen, maar over de Angelsaksen en andere westerse immigranten. Nederlanders van mediterrane afkomst, vindt ze, zijn meestal al heel aardig ingeburgerd.
“De nieuwe parallelle samenleving die ik om me heen zie ontstaan, wordt gevormd door een groep die over het algemeen niet als kansarm te boek staat”,stelt ze. “Velen hebben prima banen, bijvoorbeeld in de fintech. Al is er ook een deel waarvan je je kunt afvragen hoe ze rondkomen in een dure stad als Amsterdam. Dan heb ik het over de duizenden jongeren, vaak uit (Zuid- en Midden-)Europese landen, die werken in de horeca of in winkels. Ze hebben één ding gemeen: ze spreken niet of nauwelijks Nederlands.”
Nou en?, zullen veel Nederlanders zeggen. Ze spreken toch Engels? Bilic heeft het in dit verband over de ‘hartgrondige desinteresse in de samenleving waar je jaren, zo niet je hele leven verblijft’. Ze schrijft dat Nederlanders ook schuldig zijn aan die Angelsaksische hardnekkigheid. “We accepteren het dat deze groep het Nederlands niet leert. Sterker nog: we zien dat als een vorm van kosmopolitisme en passen ons onmiddellijk aan zodra er een expat aanschuift.”
Ook de universiteiten krijgen van Bilic een veeg uit de pan. Die doen net of ze opleiden voor de wetenschap, maar dat is natuurlijk maar een fabeltje. Universiteiten zijn voor meer dan 90% beroepsopleidingen en de afgestudeerden komen voornamelijk in Nederland terecht, is haar (en mijn) redenering bij die lulkoek die uit ‘wetenschappelijke’ hoek komt. Ze eindigt: “En wat deze universiteiten ook niet beseffen is wat ze de duizenden buitenlandse studenten aandoen die na hun studie in Nederland blijven hangen: verbannen naar de parallelle samenleving.” Topwijf, die Bilic. Ik draag haar voor als kandidaat voor de Lofprijs…
Bron: NRC/Handelslad